Heb je, net als 20% van alle Nederlanders, prikangst en is bloedafname via de arm een regelrechte nachtmerrie? Dan is bloedafname via een vingerprik misschien wel een oplossing. Hoe dit werkt lees je in onderstaand artikel.
Een vingerprik is wat de naam al zegt: een prikje in je vinger. Een vingerprik wordt vaak gebruikt door mensen die diabetes hebben. Door een vingerprik meten zij hun bloedsuikerspiegel en kunnen ze bepalen hoeveel insuline ze moeten injecteren.
Daarnaast is de vingerprik ook van groot nut voor het meten van medicijnwaarden in iemand zijn of haar bloed. Verder dient het ook regelmatig als vervanger voor de normale bloedafname via de arm. Een groot voordeel is dat je een vingerprik in sommige gevallen zelf thuis kan doen, waardoor je niet naar het ziekenhuis hoeft.
Er zijn twee soorten vingerprikken.
Deze vingerprik werkt met opgedroogd bloed. Dit bloed prik je zelf thuis.
Dit gaat zo: van een arts krijg je een setje prikspullen mee naar huis. In deze prikset zit onder andere een stappenplan met uitleg en een filtreerpapier met cirkeltjes waarop je bloed moet druppelen. Het opgedroogde bloed verstuur je dan via de post, waarna een laboratorium het onderzoekt.
Bloed prikken voor de DBS-methode is heel simpel. Het belangrijkste is dat je alle cirkels op de ‘blood spot kaart‘ vult en dat deze niet in elkaar overlopen. Het stappenplan voor de DBS-methode is als volgt:
Door de DBS-methode hoeven bijvoorbeeld transplantatiepatiënten niet telkens op en neer naar het ziekenhuis. Daarnaast is een ander voordeel van DBS dat het minder pijnlijk is dan bloedafname via een ader in de arm.
Deze methode wordt ook wel capillair bloedprikken genoemd.
Capillair vingerprikken kan dienen ter vervanging van capillair bloedprikken via een ader in de arm. Dit is voor mensen met angst voor bloedprikken erg fijn. Ook voor patiënten die regelmatig bloed moeten prikken is de capillaire vingerprik een aantrekkelijke optie.
In vergelijking tot de DBS-methode wordt er bij capillair vingerprikken meer bloeddruppels opgevangen dan dat thuis mogelijk is op een filtreerblaadje. Doordat er meer bloed wordt afgenomen, is er ook meer bloed om te analyseren voor het laboratorium. Hierdoor kunnen de bloedwaarden betrouwbaarder zijn.
Capillair bloedprikken kan zowel in het ziekenhuis als bij een particuliere bloedprikpost. Indien je huisarts je door verwijst, is dit bijna altijd naar het laboratorium in een ziekenhuis.
Afhankelijk van het doel van de vingerprik meet het laboratorium verschillende dingen. Veel voorkomend is het glucosegehalte of de hoeveelheid medicijnen in het bloed. Dit laatste gebeurt alleen als de patiënt in kwestie op dat moment medicijnen slikt of injecteert.
Gelukkig kan er tegenwoordig steeds meer gemeten worden met vingerprikken. Denk aan vitaminen, mineralen, en andere lichaamswaarden.
Het belangrijkste verschil tussen bloedafname via de vinger en bloedafname via de arm, is dat er bij een armafname meer bloed geprikt wordt. Er is dan meer bloed beschikbaar voor onderzoek, waardoor de analyse van het laboratorium betrouwbaarder kan zijn.
Wat betreft een vingerprik kan je die dus zowel thuis als in het ziekenhuis doen. Voor alle mogelijkheden zijn er voor- en nadelen.